
Schnitzel paneren doe je zo
Zelf schnitzel paneren is echt niet moeilijk, en geloof ons, het is zoveel lekkerder dan kant-en-klaar uit de winkel. Een goede schnitzel is voor ons die perfecte combinatie van een krokante korst en sappig vlees. Het geheim? Met liefde klaarmaken, plus een beetje aandacht bij het paneren en bakken. Wij delen hoe wij het altijd doen!
Welk vlees gebruik je voor schnitzel?
Wij pakken vaak varkens- of kipfilet, maar eigenlijk kun je van alles een schnitzel maken. Denk aan kalkoen of een stukje kalfsvlees voor de klassieke Wiener schnitzel. Zorg wel dat je het vlees goed plat slaat. Wij gebruiken daar gewoon de achterkant van een koekenpan voor (werkt perfect!), maar met een speciale vleeshamer wordt het helemaal makkelijk. Dit plat slaan is echt belangrijk, want een dun stukje vlees bakt sneller en gelijkmatiger, en dat is precies wat je wil.
Schnitzel paneren: onze truc
Onze tip: maak een ‘paneerstraat’. Zet drie borden naast elkaar klaar: eentje met bloem, eentje met losgeklopt ei en eentje met paneermeel. Haal het vlees eerst door de bloem (dat zorgt ervoor dat alles goed blijft plakken), daarna door het ei en tot slot door het paneermeel. Wil je extra crunch? Gebruik panko, dat Japanse broodkruim. Soms voegen wij wat Parmezaanse kaas of gehakte kruiden toe aan het paneermeel voor wat extra smaak.



De nieuwste recepten in je inbox?
De nieuwste recepten in je inbox?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang twee keer per week (helemaal gratis!) de allerlekkerste recepten & meer.
Ingrediënten
- 4 stukken vlees (kalfsschnitzel, varkensfilet, kipfilet of kalkoenfilet)
- 100 gr bloem
- 2 eieren
- 175 gr paneermeel of panko
- peper en zout
- andere specerijen (optioneel)
- 75 ml olijfolie (om in te bakken)
- 50 gr roomboter (om in te bakken)
Scherm aanhouden tijdens het koken
Leg het vlees tussen twee stukken bakpapier en sla het plat (bv. met een koekenpan of vleeshamer) tot ongeveer een halve centimeter dik. Dit zorgt voor een gelijkmatige garing.
Tijd om de ‘paneerstraat’ op te zetten! Zet drie diepe borden klaar: één met bloem, één met losgeklopte eieren, en één met paneermeel. Voeg het zout, peper en eventuele andere specerijen toe aan de bloem voor extra smaak.
Haal het vlees eerst door de bloem (klop het overtollige eraf), daarna door het ei, en tot slot door het paneermeel. Druk het paneermeel stevig aan voor een mooie, knapperige korst.
Tip: wil je helemaal een lekker dikke korst, dan kun je de tweede (ei) en derde (paneermeel) stap nog een keer herhalen.
Verhit de olie samen met de boter in een grote koekenpan op middelhoog vuur. Bak de schnitzels 3-4 minuten per kant, tot ze goudbruin zijn en gaar van binnen.
Tip: wil je de schnitzels liever in de oven bakken? Besprenkel ze dan licht met olie en bak ze op 200 graden (hetelucht) in 15-20 minuten goudbruin. Draai ze halverwege om.
Dep de schnitzels na het bakken kort af met keukenpapier en serveer ze direct, bijvoorbeeld met een frisse salade en een schijfje citroen.
Variatietip
Een keer wat anders? Probeer eens een schnitzel van aubergine of bloemkool. Ook superlekker en ideaal als je geen vlees eet.


Dit bericht kan affiliate links bevatten. Als je iets koopt via zo’n link, verdienen we een klein percentage.
Recepten bewaren?
Maak een GRATIS account aan en maak gebruik van leuke functies:
- Download gratis ebooks
- Bewaar je favoriete recepten
- Voeg je recepten toe aan collecties
- Maak een weekmenu
- Stel je persoonlijke voorkeuren in