Van peul tot op je bord
Sponsored. Eet jij wel eens bruine bonen? Heb je enig idee waar deze boontjes vandaan komen? Hoe ze groeien en hoe het kan dat ze zo lang houdbaar zijn? Ik had zelf wel een vermoeden, immers opgegroeid op het platteland met een moestuin in de achtertuin, maar het fijne wist ik er niet van. HAK nodigde mij uit om eens een kijkje te nemen in dit hele proces van peul tot op je bord. En die uitnodiging nam ik met beide handen aan.
De jaarlijkse bonenoogst
Het begint allemaal met een bonenplantje, dat gewoon in Nederland groeit (op maximaal 125 km afstand van de fabriek in Giessen). In de Hoeksche Waard om precies te zijn, bij teler Jeroen. Ruim 300 hectare grond heeft hij in zijn bezit en een deel daarvan is bestemd voor bruine bonen. Rondom de bonenvelden groeien veldbloemen. Niet alleen mooi voor in de vaas, maar ook goed voor de bijtjes. En de bijtjes zorgen weer voor een betere bonen opbrengst. Zo werkt dat in de natuur. De bonen worden jaarlijks in september geoogst. Dit gebeurt met grote machines. Allereerst trekt de schoffelmachine de plantjes los, zodat deze nog 2 dagen op het land kunnen drogen. Daarna zorgt de dorsmachine (de trots van de teler) ervoor dat alle boontjes verzameld worden. Na het oogsten worden ze indien nodig nog een tijdje te drogen gelegd. “Het vochtpercentage moet bij de oogst voldoende laag zijn. Met de regen van de afgelopen tijd, is het dus een moeilijk jaar.
Mijn eigen bonenveld
Temidden van het enorme bonenland mag ik mijn eigen bonenveldje claimen. Een vierkante meter Uit Pauline’s Keuken bonen. Ik zoek een goed plekje uit. Van teler Jeroen hoorde ik dat hoe lelijker de boon eruit ziet, des te rijper hij is voor de oogst. Bruine bonen groeien in een peul, die eerst vrijwel wit is, daarna groen wordt en vervolgens bruin wordt. Als de peul verschrompeld en lelijk is, is de boon klaar om geoogste te worden. Nog niet alles is klaar voor de oogst, maar Jeroen heeft mij beloofd een oogje in het zeil te houden. Als ze goed gedroogd zijn krijg ik mijn eigen boontjes thuisgestuurd.
Naar Giessen
Na het oogsten en schonen worden alle boontjes in grote zakken naar de HAK fabriek in Giessen gebracht. Daar begint het opweken. De bonen worden 10 tot 12 uur lang in water geweekt. Net zoals je thuis doet met gedroogde peulvruchten. De bonen verdubbelen hierdoor in gewicht. Na het opwekken worden de bonen kort geblancheerd. Daarna worden ze meteen gekoeld om het garingsproces te stoppen. Hierna vindt de detectie plaats, want alleen de beste bonen komen in de pot. Bonen met een scheurtje, afwijkende kleur of kwaliteit worden verwijderd.
Oer-Hollands Wecken
De bonen van HAK worden op zijn Oer-Hollands geweckt, net zoals dat vroeger ging. Het leuke is dat het wecken van groente nu weer helemaal in is. Het is de ideale manier om groente en fruit uit eigen tuin langer houdbaar te maken zonder conserveringsmiddelen, gewoon door middel van verhitting en vacuüm. De bonen worden verdeeld in schone potten. Daar gaat een zogenaamde opgiet op. Dat is een mengsel van water en eventueel aangevuld met diverse kruiden en specerijen. Ik mocht zelf mijn eigen opgiet maken en heb er een Mexicaanse versie van gemaakt, met knoflook, komijn, paprikapoeder, chili, zout en een klein beetje venkelzaad. De potten worden tot de rand toe gevuld. De deksel inclusief rubberen ring gaat er op en het wecken kan beginnen. HAK heeft een zogenaamde wecktoren in de fabriek staan. De potjes worden eerst langzaam verhit tot 120 graden en daarna weer afgekoeld naar 60 graden. Dit is de manier om de bonen lang houdbaar te maken. Thuis kun je dit ook doen, dit gaat het beste in een snelkookpan.
Naar het schap
In de fabriek wordt er een etiket op geplakt. De bruine bonnen potten worden verzameld op trays en deze weer op grote pallets. En deze pallets gaan weer naar de supermarkten in ons land. De bruine boon heeft het buitenland dus nog niet gezien. Naast de bruine bonen vind je heel veel andere lekkere bonen in het schap, zoals de witte boon , kapucijners en de bonenmixen. ik heb mij laten vertellen dat het assortiment van HAK binnenkort uitgebreid wordt met onder andere zwarte bonen en kleine kidneybonen.
Op je bord
Het captains diner van Herman den Blijker (Las Palmas) moest ik helaas overslaan. Maar tijdens de dag proefde ik al verschillende hapjes van Herman. Herman is net als ik groot voorstander van #bonenerbij. Zo proefde ik een frisse doperwtensoep met crème fraiche, een lekker toastje met bruine bonen en picalilly en een toastje met romige mayonaise, gebakken uien, chorizo en bruine bonen. Allemaal bijzonder smakelijk. Ik ben zelf dol op bonen. Ik gebruik ze meestal in Mexicaanse recepten zoals deze Mexicaanse bonensoep, over mijn nacho’s uit de oven, in de shakshuka en natuurlijk in mijn chili con carne. Het voordeel van bonen is dat ze rijk aan eiwitten zijn (daardoor vullen ze goed), veel vezels bevatten en laag in vetten zijn. Vroeger aten wij thuis vaak capucijners met spek en je ziet bonen steeds vaker terugkomen in de maaltijd. Ze doen het goed met heel vaak smaakmakers zoals bacon en uien, maar ook komijn, venkelzaad, paprika en natuurlijk kerrie. Of op zijn Oerhollands met een beetje stroop erbij.
Eet jij wel eens bonen?
Dit artikel is in samenwerking met HAK disclaimer.
Dit bericht kan affiliate links bevatten. Als je iets koopt via zo’n link, verdienen we een klein percentage.
Recept bewaren?
Maak een GRATIS account aan en maak gebruik van leuke functies:
- Bewaar je favoriete recepten
- Voeg je recepten toe aan collecties
- Maak een weekmenu
- Stel je persoonlijke voorkeuren in