Kaiserschmarrn met kersencompote

Ik heb de laatste tijd behoefte om naar Oostenrijk te gaan. Niet om te skiën maar wel om Kaiserschmarrn, apfelstrüdel en Wiener schnitzels te eten. En bratwurst, vind ik ook zo lekker. Ja ik ben gewoon eerlijk. Ik ben niet echt een wintersporter (1 x op een indoorbaan is me bijna fataal geworden, don’t ask!) en houd meer van zon dan van kou. Maurits daarentegen vindt het fantastisch. Toen hij onlangs met zijn werk 4 dagen ging skiën, kreeg hij van mij de opdracht mee om Kaiserschmarrn te proeven. Want je weet immers alleen of iets goed gelukt is, als je het origineel geproefd hebt. Bij deze moeten jullie dan ook op Maurits zijn oordeel vertrouwen.

Wat is Kaiserschmarrn>

Kaiserschmarrn is een soort luchtige pannenkoek die je in stukjes breekt en licht krokant bakt. De versie die Maurits op de piste had gegeten was wat korter gebakken en dus vrij zacht. Dat hoort niet, hij hoort juist een beetje krokant te zijn.  Fluffy en crispy tegelijk. Dat effect krijg je door de pannenkoekstukjes na het breken nog even kort te bakken in wat roomboter. Voor een extra krokant laagje kan je een lepel suiker mee bakken, dat gaat karameliseren en wordt erg knapperig. Wel heel zoet trouwens. Officieel is dit ook een nagerecht, maar ik at het zelf tijdens de lunch.

Zelf Kaiserschmarrn maken

Zelf Kaiserschmarrn maken is dus heel makkelijk. Het wordt vaak gegeten met fruitcompote, jam of appelmoes. Ik maakte er zelf een snelle kersencompote bij. Van dieprvieskersen, die heb ik altijd in huis.  Echt een lekker combi, de krokante stukjes Kaiserschmarrn met de frisse kersen, afgetopt met heel veel poedersuiker. Yum! En Maurits zijn oordeel, veel lekkerder dan op de piste.

Ingrediënten voor 4 personen
4 eieren gesplitst
200 gr bloem
2 el suiker
275 ml melk
Snuf zout
Roomboter om in te bakken

Kersencompote
200 gr diepvrieskersen
1 el suiker
2 tl maïzena + 1 el water

Zo maak je het
Begin met de kersencompote. Kook de kersen op een zacht vuur met een klein scheutje water en een el suiker tot compote.

Zodra de kersen een klein beetje kapot gaan en het meer een saus begint te worden voeg je een papje toe van de maïzena met een el water. Breng dit al roerend nog even kort aan de kook. Je zal zien dat het dikker wordt. Zet het vuur uit en laat de compote afkoelen. Na het afkoelen wordt de kersencompote nog dikker.

Voor de Kaiserschmarrn splits je de eieren. Mix de eiwitten in een schone en vetvrije kom tot stevige pieken.

Klop de eidooiers met de suiker, de bloem, de melk en een snuf zout tot een dik en egaal pannenkoekenbeslag. Ik heb dit met een garde geklopt.

Vouw de eiwitten er tenslotte met een spatel voorzichtig doorheen. Je krijgt een heel luchtig beslag.

Verhit een flinke klont roomboter in een koekenpan. Voeg een laag beslag toe van ongeveer 1 cm dikte. Het hangt dus van de grootte van je pan af, in hoeveel sessies je dit gerecht kunt bakken.

Bak de onderkant van de Kaiserschmarrn goudbruin. Bij een kleinere pan duurt dit ongeveer 3 tot 4 minuten. Draai de pannenkoek om en bak ook de andere kant goudbruin. Het is niet erg als de pannenkoek breekt.

Breek de Kaiserschmarrn vervolgens in stukjes met een spatel. Voeg nogmaals een klont roomboter toe en bak de stukjes rondom aan en gaar. Voor een extra crispy effect voeg je een lepel suiker toe en bak je dit mee.

Serveer de Kaiserschmarrn met de kersencompote en poedersuiker.

Serveer meteen.